Contracten in tijden van Corona
Sinds half maart ziet de wereld er anders uit. De overheidsmaatregelen om het coronavirus te bestrijden zijn van ongekende omvang en hebben grote impact op de samenleving. Dat geldt voor zowel consumenten als voor ondernemers. De economische gevolgen zijn ongekend en zullen velen noodzaken om bakens te verzetten. De komende maanden zal moeten blijken hoe voor een ieder ‘het nieuwe normaal’ er precies uit gaat zien.
Knellende contracten
Bestaande contracten komen door de corona-crisis vaak in een heel ander daglicht te staan. De consument die een vakantiehuis in Italië had geboekt voor komende zomer en nu wil annuleren. De ondernemer die wegens een sterk teruggelopen omzet overweegt om zijn winkeldeuren te sluiten, maar aankijkt tegen een huurcontract dat nog lange tijd doorloopt. Allerhande contracten zijn door de corona-crisis gaan knellen en dat roept vele vragen op, met name de vraag of een contract onder de huidige omstandigheden kan worden beëindigd.
Afspraak is afspraak
Het antwoord daarop is niet in algemene zin te geven. Het uitgangspunt is wat partijen bij een contract hebben afgesproken. Die afspraken moeten worden nagekomen, partijen mogen elkaar daar in beginsel aan houden en nakoming vorderen. Daarop zijn echter uitzonderingen, bijvoorbeeld wanneer een partij niet kan nakomen omdat zijn onderneming vanwege overheidsmaatregelen is gesloten of wanneer nakoming in de corona-crisis voor een partij zodanig bezwarend is dat in alle redelijkheid geen nakoming van hem kan worden gevergd.
Onvoorziene omstandigheden
Daarnaast biedt de wet verschillende aanknopingspunten die onder de huidige, bijzondere omstandigheden mogelijk soelaas kunnen bieden voor een ‘knellend’ contract. Zo zijn er de ‘onvoorziene omstandigheden’ (artikel 6: 258 BW) die de rechter de mogelijkheid bieden om een contract te wijzigen of al dan niet gedeeltelijk te ontbinden, in geval ongewijzigde instandhouding in redelijkheid onaanvaardbaar is. Daarbij moet het gaan om omstandigheden die partijen ten tijde van het sluiten van het contract niet hebben voorzien en die dus ook niet in het contract zijn verdisconteerd. De corona-crisis zou een voorbeeld van een dergelijke omstandigheid kunnen zijn.
Overmacht
Ook een beroep op ‘overmacht’ (artikel 6: 75 BW) kan onder omstandigheden een partij bevrijden van een knellende, contractuele verplichting. Het niet nakomen van die verplichting mag dan niet de schuld zijn van de partij die zich op overmacht beroept en mag evenmin op grond van de wet, een rechtshandeling (zoals het contract) of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening en risico komen. Ook hier geldt dat de corona-crisis een voorbeeld van een omstandigheid zou kunnen zijn, die een beroep op overmacht kan doen slagen.
Feiten en omstandigheden
De vraag of een contract wegens corona-gerelateerde omstandigheden met succes kan worden beëindigd, gewijzigd of ontbonden zal in de praktijk sterk afhangen van de feiten en omstandigheden in elk specifiek geval. Vooralsnog is er een gebrek aan rechtspraak met betrekking tot dit soort corona-zaken en zal nog moeten blijken hoe de rechter daarover zal gaan oordelen. De realiteit is echter dat in individuele situaties daarop vaak niet zal kunnen worden gewacht.
Vragen? Bel vrijblijvend en kosteloos 0182 210104 of mail naar info@jverbeeke.nl